
SANDER KELLER
"Overstap van Zeeburgia naar Ajax voelde heel dubbel"
Iedere profvoetballer is ergens begonnen. Vaak bij de amateurclub om de hoek. Hoe kijken ze terug op het beginpunt van hun voetbalcarrière? Om de week interviewt Amateurvoorspeller een (oud-)profvoetballer in de rubriek ‘Mijn eerste cluppie’. Deze keer: Sander Keller (41), assistent-trainer bij FC Utrecht en oud-speler van onder meer RBC, FC Utrecht en Neuchâtel.
Hoe is het allemaal begonnen?
‘Op mijn zesde begon ik met voetballen bij Zeeburgia in Amsterdam. Mijn oudere broer voetbalde er ook. Het was voor mij een logische stap om naar dezelfde club te gaan. Het gekke was: we woonden met ons gezin aan de andere kant van de stad. Zeeburgia lag best in een uithoek. Het was iedere keer een flinke reis om er te komen. Ik heb mijn ouders trouwens nooit gevraagd waarom ze voor Zeeburgia kozen. Dat zal ik nog eens doen!’
Heb je herinneringen aan die tijd?
‘Het complex van Zeeburgia lag op een steenworp afstand van het stadion De Meer. Daar speelde Ajax toen nog zijn wedstrijden. Op zondag kon je het stadiongeluid horen als we op de club voetbalden. Dat is een mooie herinnering. Dan zijn er natuurlijk nog de ballen die in de sloot vlogen, en die wij er zelf uit moesten vissen, waarbij je over zo’n gammele balk liep. Ik was eigenlijk de hele dag op de club. Als ik eraan terugdenk, zou ik het omschrijven als een familiegevoel. De club stond ook goed bekend. Veel spelers die terugkwamen van een BVO, gingen bij Zeeburgia voetballen. En andersom: veel talenten van Zeeburgia zijn in het profvoetbal beland.’
”Het beeld over de jeugdopleiding van Ajax is hard en kil, maar zo heb ik het nooit ervaren”
Had je in die tijd een poster boven je bed van een voetballer?
‘Ik had niet één echte idool. Ja, er hing wel een poster boven mijn bed, maar dat was een popster – Michael Jackson, geloof ik. Wel keek ik heel goed naar voetballers op televisie. Blind, Rijkaard en De Boer: die hield ik nauwkeurig in de gaten. Hoe bewogen ze? Welke keuzes maakten ze? Het zijn allemaal verdedigers, ja. In mijn profcarrière speelde ik altijd achterin. Het gekke is: bij Zeeburgia voetbalde ik nog rechtshalf, en toch lette ik op die spelers. Ach, het zal toeval zijn.’

Je vertelde over het geluid van De Meer. Droomde je over Ajax?
‘Mwa, niet echt. Ik ben een nuchtere jongen – altijd al geweest. Toen dus ook. Ik deed gewoon iedere dag mijn uiterste best op de training en wilde vooral plezier maken. Ook toen ik hoorde dat ik bij Ajax mocht voetballen, bleef plezier maken bij mij voorop staan. Ik was niet eens heel blij toen ik de uitnodiging kreeg. Ik had het naar mij zin bij Zeeburgia: mijn vriendjes voetbalden er en het was een fijne club. Voor mij voelde de overstap heel dubbel. Als afscheid kreeg ik een soort schilderij of iets dergelijks. Toen had ik het als jong ventje best even moeilijk.’
”Als ik in mijn profcarrière spelers tegenkwam die ook bij Zeeburgia hadden gevoetbald, was er direct een connectie”
Hoe pakte de overstap uit?
‘Ik ging er opnieuw vrij nuchter mee om. Ik wilde me ontwikkelen, beter worden in het voetbal. Bij Ajax probeerde ik vooral in de basis te komen. Je wilt zoveel mogelijk voetballen, altijd. Het was een andere tijd. Wij kregen veel minder aandacht dan de spelertjes nu. Er waren nog geen beelden, die je samen met de trainer terugkijkt. Het was simpeler: je moest gewoon laten zien hoe goed je kon voetballen. Dat probeerde ik iedere training en wedstrijd weer te doen. Het beeld over de jeugdopleiding van Ajax is hard en kil, zeker in die jaren. Maar zo heb ik het nooit ervaren.’
Tot slot. Kom je nog wel eens bij Zeeburgia?
‘Nee, ik kom er niet meer. Ik dacht dat ik er altijd zou terugkomen, maar op een gegeven moment zijn mijn vader en broer er ook gestopt, en sindsdien is het contact met de club een beetje verwaterd. Best jammer eigenlijk. Toch blijft er een band bestaan. Als ik in mijn profcarrière spelers tegenkwam die ook bij Zeeburgia hadden gevoetbald, en dat zijn er nog best veel, was er direct een soort connectie. Het geeft maar weer aan hoe goed de club staat aangeschreven.’
Weet jij het beter dan je vrienden?
Met Amateurvoorspeller maak je heel eenvoudig een eigen poule aan en nodig je al je vrienden uit om de uitslagen van jullie favoriete teams te voorspellen.
Voetbalpaspoort – Sander Keller
1999 –2000 – FC Utrecht
2000 –2003 – RBC Roosendaal
2003 –2010 – FC Utrecht
2010 –2012 – Neuchâtel Xamax
2012 –2015 – Almere City