
Frits Dantuma
‘Het duurde zeker een jaar voordat ik het amateurvoetbal weer kon waarderen’
Iedere profvoetballer is ergens begonnen. Vaak bij de amateurclub om de hoek. Hoe kijken ze terug op het beginpunt van hun voetbalcarrière? Om de week interviewt Amateurvoorspeller een (oud-)profvoetballer in de rubriek ‘Mijn eerste cluppie’. Deze keer: Frits Dantuma (28), oud-speler van onder meer Cambuur en FC Emmen. Hij begon ooit bij VV de Wâlden en Broekster Boys uit Damwoude.
Waar begon je voetbalcarrière?
‘Dat was bij VV de Wâlden in Damwoude, de plaats waar ik ben opgegroeid. Ik was vier jaar oud. Mijn vader en oom waren nogal close en besloten samen een team te starten met jongens die nog te jong waren voor de F-jes, maar wel graag wilden voetballen. Een jaar later verkaste ik naar Broekster Boys, de andere club uit ons dorp. M’n vader zag dat ik aanleg had voor het voetbal en bij Broekster Boys waren er net wat meer mogelijkheden. Dat heeft mijn vader nog wel eens gehoord, hoor. Zo’n overstap lag gevoelig in het dorp. Maar ik heb er zelf nooit iets van gemerkt. Inmiddels zijn de twee clubs samengaan, althans de jeugdelftallen van de Wâlden en Broekster Boys.’
Kun je de eerste trainer bij Broekster Boys nog herinneren?
‘Jazeker. Dat was Gert Jan Hoekstra. Hij was mijn trainer tot de E1. In mijn beleving was het een grote, lange man – al lijkt dat al snel zo als kleine jongen. Gert Jan was streng, maar dat konden wij wel gebruiken. Ook had-ie een goede kijk op het voetbal. Ik heb hem altijd onthouden als een van mijn betere amateurtrainers. We speelden best hoog in die tijd. Ik weet nog dat we in de finale van de beker stonden tegen Flevo Boys, die we helaas verloren. Maar we hadden absoluut een sterke lichting.’
‘Mijn persoonlijke hoogtepunt was m’n debuut in het eerste elftal van Cambuur op 17-jarige leeftijd’
Wat was je positie?
‘Ik speelde altijd op 10. In de jeugd was ik een echte nummer 10. Later in mijn voetbalcarrière ben ik steeds verder naar achter gezakt, tot aan de verdediging waar ik nu meestal speel. Het is een contrast in mijn spel: ik heb veel diepgang, maar om als echte moderne nummer 10 uit de voeten te kunnen, ontbreekt het mij aan scorend vermogen. Daarom kom ik vaak op een controlerende positie terecht, waar ik dan als controleur iets te diep sta. In de jongste jeugd zat het met dat scorend vermogen nog wel goed, trouwens. Ik legde er aardig wat in.’
Wat was het mooiste moment uit de jeugd?
‘Ik denk het moment waarop ik de overstap naar Cambuur kon maken in de D’tjes. Bij Cambuur kwam ik in een team waarmee we altijd bovenin meededen. Ik speelde vaak als aanvoerder. Mijn persoonlijke hoogtepunt, en eigenlijk de afsluiting van mijn carrière in de jeugd, was m’n debuut in het eerste elftal van Cambuur op 17-jarige leeftijd.’
Hoe was de overtap van de amateurs naar een BVO?
‘Het voordeel was dat er meerdere jongens gingen, en dat mijn opa – een echte voetbalfanaat – mij vaak kon brengen. Toch blijft het een behoorlijk stap. Je ziet dan ook dat bepaalde jongens al een echte topsportmentaliteit hebben. Zij kiezen vrijwel altijd voor zichzelf. Mark Diemers, waar ik mee speelde bij Cambuur, had dat ook. Ik bedoel het niet negatief, maar zo iemand leeft écht voor zijn sport. Als ik verlies ben ik ook boos, maar dat is meer op het team en het resultaat gericht. Dat hele individuele, wat je bij sommige jongens in de echte top ziet, heb ik niet zo.’

Hoe ben je gescout voor Cambuur: stond er een man met lange regenjas langs de kant?
‘Ja, zo’n idee had je wel altijd, haha. Voor de wedstrijd keek je toch even of er onbekende mensen langs de zijlijn stonden. Misschien zat er een scout tussen. Uiteindelijk is mijn naam inderdaad een keer opgeschreven door een scout. Ik kreeg een brief thuisgestuurd en mocht een keer op de proef komen met een paar andere jongens. Na afloop kom je in de kleedkamer terecht met jongens die het wél of juist niet hebben gehaald. Ik zat bij de jongens die het wél haalden.’
Cambuur Leeuwarden ligt in de buurt van Damwoude. Was je ook fan?
‘Heel vroeger was ik vooral voor Ajax. Waarschijnlijk omdat iedereen daar fan van was. Later werd het Feyenoord én Cambuur. Mijn vader, Jouke Dantuma, heeft ook vier jaar bij Cambuur gespeeld. Dat was ook een reden om Cambuur extra te volgen. Maar ik vind het vooral gewoon een mooie club. Het is een beetje een volksclub met een vechtersmentaliteit. Daar houd ik wel van. Heel wat anders dan die andere club uit Friesland, SC Heerenveen.’
‘Broekster Boys wordt mijn volgende club na Flevo Boys’
Je vader speelde bij Cambuur: zorgde dat voor extra druk? Je bent dan toch voor sommigen het zoontje van…
‘Het ik vaak tegen mij gezegd, ja. Vooral door de kenners binnen de club. Maar ik voelde geen extra druk. Ik vond het vooral leuk. Uiteindelijk speelde ik negen wedstrijden voor Cambuur. In het jaar dat we het kampioenschap pakten, speelde ik weinig. Daarom werd mijn contract niet verlengd en vertrok ik naar FC Emmen. Daar speelde ik best vaak, maar na verloop van tijd raakte ik geblesseerd. Dat was mijn pech. Ik kreeg een aanbod van HHC Hardenberg en besloot het daar te proberen, in de hoop dat er zich snel weer een BVO zou melden.’
Hoe was dat om opeens weer bij de amateurs te voetballen?
‘Mentaal ging dat niet helemaal goed. Ik wist nog niet hoe mooi het amateurvoetbal kon zijn. Achteraf stom: HHC is een van de mooiste clubs van Nederland. Maar ik was niet klaar voor de overstap. Daar kwam bij dat de trainer mij in eerste instantie niet opstelde. Toen kwam mijn Friese koppigheid om de hoek kijken. Ik dacht: laat dan ook maar zitten. Het duurde zeker een jaar voordat ik mentaal klaar was voor de stap naar het amateurvoetbal. Ik ging naar ONS Sneeks, waar ik de knop wist om te zetten. Vanaf dat moment wist ik het amateurvoetbal weer te waarderen.’
Kom je eigenlijk nog wel eens bij VV de Wâlden of Broekster Boys?
‘Vorig seizoen speelde ik nog een half jaartje bij Broekster Boys. Ik wilde terugkomen van een blessure aan m’n hamstring. Ik heb uiteindelijk maar vier wedstrijden gespeeld, want vlak na de winterstop begon de coronasituatie. Dit seizoen speel ik voor Flevo Boys. Het zou mooi zijn als we in het linker rijtje eindigen. Zelf hoop ik basisspeler te blijven en zoveel mogelijk minuten te pakken. Spelen is toch het belangrijkste. Of ik ooit terugkeer bij Broekster Boys? Die kan is groot, ja. Schrijf maar op: Broekster Boys wordt mijn volgende club na Flevo Boys. Het is de club waar ik mijn voetbalcarrière een mooi einde ga geven.’
Weet jij het beter dan je vrienden?
Met Amateurvoorspeller maak je heel eenvoudig een eigen poule aan en nodig je al je vrienden uit om de uitslagen van jullie favoriete teams te voorspellen.
Voetbalpaspoort – Frits Dantuma
2010–2013 – SC Cambuur
2013–2014 – FC Emmen
2014–2015 – HHC Hardenberg
2015–2019 – ONS Sneek
2019–2020 Harkemase Boys
2020– Broekster Boys
2020– Flevo Boys